Brutovakantiegeld, onderworpen aan een bedrijfsvoorheffing van 17,16% (afgerond)
Gegevens |
Berekening |
Bedrag |
---|---|---|
LONEN |
|
|
(1) Loon aan 100% |
|
€ 5 400,00 |
(2) Loon aan 108% |
(1) x 1,08 |
€ 5 832,00 |
(3) Fictief loon |
|
€ 0,00 |
(4) Basisbezoldiging voor de berekening van het vakantiegeld |
(2) + (3) |
€ 5 832,00 |
(4) x 0,1538 |
€ 896,96 |
|
(4) x 0,068 x 0,1307 |
€ 51,83 |
|
(5) x 0,01 |
€ 8,97 |
|
(5) - (6) - (7) |
€ 836,16 |
|
(9) Bedrijfsvoorheffing kleiner of gelijk aan € 1 410 (17,16%) |
(8) x 0,1716 |
€ 143,48 |
(10) Nettovakantiegeld |
(8) - (9) |
€ 692,67 |
Om uw vakantiegeld te berekenen, worden al uw brutolonen(1) op 108% gebracht (2). Onder bepaalde voorwaarden, worden bepaalde dagen van afwezigheid (vb.: ziektedagen) in aanmerking genomen voor deze berekening (3). In dat geval wordt voor deze afwezigheidsdagen een fictief loon toegekend. Dit is per dag gelijk aan 100% van het gemiddeld dagloon dat bij de RSZ aangegeven wordt.
Het brutovakantiegeld komt overeen met 15,38% (5) van de basisbezoldigingen (2+3) van het jaar dat voorafgaat aan het vakantiejaar bij de verschillende werkgevers waar u als arbeider gewerkt heeft (1).
Het brutovakantiegeld (5) bestaat uit:
- het enkel vakantiegeld = 8% van de basisbezoldigingen (4)
- het dubbel vakantiegeld (5a) = 7,38% van de basisbezoldigingen (4)
Een wettelijke inhouding op het dubbel vakantiegeld (5a) van 13,07% wordt aan de RSZ gestort.
Om het belastbaar vakantiegeld te berekenen: trek van het brutovakantiegeld (5) de inhouding op het dubbel vakantiegeld (6) en de solidariteitsinhouding (7) af.
In 2021 wordt deze bedrijfsvoorheffing vastgelegd op:
- voor de belastbare vakantiegelden ≤ € 1 410: 17,16 % van het belastbaar vakantiegeld
- voor de belastbare vakantiegelden > € 1 410: 23,22 % van het belastbaar vakantiegeld
Om een simulatie van het bedrag van uw vakantiegeld te krijgen, ga naar 'Mijn vakantierekening'.